dinsdag 23 april 2013

Reünie van een pretopleiding


De mooiste momenten in je lerarenbestaan zijn de ontmoetingen met oud-leerlingen. Vorige week borrelde ik met een aantal oud-leerlingen en oud-docenten van de opleiding Journalistiek en Fotografie. Te midden van mijn oud-leerlingen genoot ik van de herinneringen, van de verhalen maar vooral van het feit dat ik zelf kon constateren dat het ze goed vergaat en dat ze met warme gevoelens terugkijken op de opleiding.

De opleiding Journalistiek en Fotografie is een opleiding die Jet Bussemaker ongetwijfeld een ‘pretopleiding’ zou noemen. Er zijn niet heel veel stageplekken, de behoefte in het beroepenveld was vooraf niet heel duidelijk en de opleiding is erg klein (een klas per leerjaar). De opleiding is dan ook ondergebracht bij het grotere Audiovisuele Productie (AVP).
We zijn er in 2006 mee gestart omdat er vanuit het VMBO behoefte doorklonk aan een dergelijke MBO-opleiding. Op het VMBO zat een grote groep leerlingen die niet alleen graag een journalistieke opleiding wilde doen, maar die vooral veel wilden lezen, schrijven en creatief met beeld en taal wilden zijn. De route via de Havo was voor deze leerlingen weinig aantrekkelijk. We zijn op zoek gegaan naar een opleiding waar we een route konden bieden, en dat werd AVP.
Er zijn geen busladingen MBO-journalisten bij ons afgestudeerd. Inmiddels lopen er zo’n 60 mensen rond met een diploma Journalistiek en Fotografie op zak, en die werken niet allemaal in de journalistiek. Maar goed, niet iedere student bouwkunde wordt bouwvakker. Liever kijk ik naar de kwaliteit: wat voor mensen hebben we opgeleid? Hoe heeft de opleiding ze voorbereid op de hbo- of beroepspraktijk?
En man, wat word ik daar trots van. Leerlingen Journalistiek en Fotografie bleken al snel een apart slag volk te zijn. Lefgozers, die denken in creatieve oplossingen en die elkaar enorm versterken binnen dat proces. Nog nooit had ik binnen het mbo zoveel leerlingen in de klas die zo maatschappelijk betrokken waren, zo op de hoogte van de actualiteit en –niet onbelangrijk voor een docent Nederlands- zo gretig waren om hun taal goed te spreken en te schrijven.
De leerlingen voelden zich vooral zo lekker binnen de opleiding omdat ze de gelegenheid kregen om nog verder uit te blinken op terreinen waar ze al goed in waren. Hoezo zesjescultuur? Als een leerling kansen krijgt om zijn kwaliteiten te laten zien, wordt hij of zij nog zekerder van zijn zaak om ook binnen andere vakken het goed te doen.
En dat is nou precies de reden waarom de pretopleidingen moeten blijven. Omdat ze uitgaan van de leerling, en niet van de arbeidsmarkt. Want die arbeidsmarkt is al even grillig als een leerling zelf. En hoezo pretopleiding? Durf dat eens te zeggen tegen mijn oud-leerling die nu verslaggever is bij een landelijk dagblad. Of tegen die leerling die zijn jongensdroom (voetbaljournalist worden) heeft waargemaakt. Of tegen die leerling die blogger is bij een toonaangevend blog. Wie of wat moeten we nou centraal stellen? De leerling of het getal?
Bij deze een oproep aan alle mbo- en hbo-opleidingen. Draai je om. Kijk niet naar de arbeidsmarkt, wat een minister of staatssecretaris ook moge roepen. Maar kijk naar de leerling. Als een student eenmaal afgestudeerd is, plooit deze zich zelf wel naar de arbeidsmarkt. Dat is een heel natuurlijk proces, waar scholen wel heel veel invloed op kunnen uitoefenen, maar wat uiteindelijk door de student zelf gedaan moet worden. Zorg dat je die student drie of vier jaar een goede opleiding geeft waarin hij of zij kan excelleren. Daar heeft de arbeidsmarkt tenslotte het meeste aan.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten